Logo KIJC Main KIJC         Welkom op de site van de Klundertse IJsclub!
                    - opgericht december 1906 -



Schaatsen? Lees deze tips!

Voorbereiding.
Zorg ervoor dat je schaatsen goed passen. Je kunt meerdere paar sokken dragen om een te grote schaats op te vullen maar hierdoor heb je minder
contact bij het schaatsen en kun je blaren krijgen. Veel schaatsers dragen goed passende schaatsen en dragen daarbij juist geen sokken en smeren eerst hun voeten in met vaseline.
Maak de veters op lengte, wikkel de veters niet ook nog om je schaatsen. Maak de veters niet al te vast, dit is slecht voor de bloedsomloop. Je krijgt er koude voeten van. Loop nooit op een harde, stenen, ondergrond (de stoep bijvoorbeeld). Op deze manier voorkom je beschadiging aan de schaatsen.
Indien je er wel voor kiest om op een harde ondergrond te lopen met je schaatsen, maak dan gebruik van schaatsbeschermers.
Draag altijd handschoenen. Niet alleen voor de kou maar juist om je handen te beschermen indien je per ongeluk eens valt.
Heb je nieuwe schaatsen gekocht: Laat ze dan eerst slijpen.
Nieuwe schaatsen zijn vrijwel nooit geslepen. Goed geslepen schaatsen gaan op schoon ijs ongeveer 10 schaatsuren mee.

(Lange) tochten op natuurijs.
Op natuurijs schaatsen is een prachtige belevenis. Het is vaak heel duidelijk of je ergens kunt schaatsen MAAR lees wel onderstaande eerst goed door!
Als je op natuurijs gaat schaatsen: controleer of het ijs al dik genoeg is zodat je er niet doorheen zakt.
Als je een lange tocht wilt maken op natuurijs is het verstandig om een ijspriem bij je te hebben. Hiermee kun je zelf, op eigen kracht, uit een wak komen. Het is daarnaast altijd verstandig om met meerdere schaatsers te zijn, je kunt elkaar dan helpen (als je onderling voldoende afstand houdt natuurlijk). Neem ook een stuk touw mee van een meter of vijf. Sommige schaatsers dragen een rugzak met daarin een opgepompte binnenband van een fiets of iets dergelijks. Hiermee is het vrijwel onmogelijk om onder het ijs te geraken.

De dikte van natuurijs kan verschillen door de volgende oorzaken:

  Water dat bemalen wordt zorgt voor stroming en daardoor dunner ijs.
  Windwakken vriezen later dicht en zorgen nog lang voor zwakke plekken.
  Warmte blijft onder bruggen hangen en kan voor zwakke plekken zorgen.
  Bij overgangen van breed naar smal: sterkere stroming = dunner ijs.
  Langs rietkanten blijft warmte hangen wat zorgt voor onbetrouwbaar ijs.
  Eenden zoeken elkaar op en houden een eendenwak open.
  Op de zonkant van een meer of kanaal is het ijs dunner dan elders.

Ga nooit alleen op afgelegen plekken schaatsen.
Indien je onder het ijs terecht komt, zwem dan naar donkere plekken daar is het ijs open!

Na het schaatsen.
Droog je schaatsen, ook de ijzers, goed af met een doek. Laat je schaatsen normaal drogen. Leg ze niet op de verwarming!
Even uitrusten, iets warms drinken en gauw weer terug het ijs op!

Als je voor langere tijd niet schaatst is het verstandig om de ijzers met vaseline in te smeren en de schaatsen niet in de schaatsbeschermers te bewaren maar in een (oude) handdoek.

Veel plezier!

Site hosted by in2documents BV Klundert